donderdag 10 december 2009

NOOIT MEER MAANDAG 1


Dansen met aversie

Eerst een stukje geschiedenis.

Uit mijn boekje met bezwaren, 2003.
Dicht op hun huid, ik moet dichtbij kunnen komen anders werkt het niet. Daarvoor moet ik anderen ook dicht bij mij laten. Soms stuit ik op een enorme weerstand. Ik moet nog leren om dat als “niet persoonlijk” op te vatten. Als ik dat heb overwonnen begin ik met “echte” cursisten.


We waren destijds met 7 mensen frequent in mijn atelier aan het schilderen. Het was helemaal niet de bedoeling dat ik les zou geven aan deze mensen, maar gaandeweg merkten we dat ik vaak een meer dan ondersteunende rol vervulde. Er waren avonden dat ik zelf niet meer aan schilderen toe kwam. Ik werd zomaar vanzelf een soort kunstjuf. Omdat ik deze mensen goed kende, durfde ik wel te experimenteren met mijn “kennis”.

2006.
Ik zie weerstand nog steeds als een persoonlijk falen van mijn kant.
Soit. Ondertussen ben ik toch maar begonnen.
Als mensen naar mijn lesmethoden vragen, moet ik ze in de meeste gevallen het antwoord schuldig blijven. Methoden? Hoe omschrijf je in één woord een heel uitgangspunt?
Lesgeven kan je het niet noemen.
Het is meer het delen van wat ik weet. En ook dat dekt de lading niet.
Het is eigenlijk een interactie met ons creatieve brein als communicatiemiddel.
Is dat een methode?
Zo ordelijk kan ik helemaal niet denken.
In een kunstproject dat ik maakte is er een moment geweest dat ik begreep dat ik geen controle meer had over de 400 mensen die daaraan mee werkten en dat de enige optie was om geen energie meer te steken in het willen bijsturen van een dergelijk grote groep.
In plaats daarvan begon ik mij te richten op de output en leerde de schoonheid daarvan te herkennen. Daardoor vergat ik de stress van hoe anders het werd als ik het voor ogen had gehad. Door afstand te nemen van het resultaat dat ikzelf voor ogen had bleef er veel meer ruimte over voor anderen. Ik begon de omstandigheden te optimaliseren en oogstte zo een prachtig eindproduct.
In feite is dat nog steeds wat ik doe, alleen nu met wat minder deelnemers. Daardoor heb ik wel een beter overzicht en kan ik de kwaliteit van die output beter waarborgen. Elke cursist heeft een andere behoefte en de energie die ik in het individu steek, levert meer op dan de energie die ik aan een groep geef. Niet bepaald een methode. Daar zijn de onderlinge verschillen van de mensen waar ik mee werk en leer te groot voor.
Roxart telt straks na de herfstvakantie zo’n 40 cursisten waarvan het grootste deel het atelier wekelijks bezoekt.
Na helemaal niet zo lang wegen en wikken heb ik besloten in januari een extra cursus te starten.
Aanstaande vrijdag beginnen de vrijdagmiddagcursussen weer voor de kinderen, tot mei zit dat helemaal vol.
Vanaf januari start voor het eerst ook een cursus voor de jongere creatievellingen op de woensdagmiddag. Kinderen vanaf 6 jaar kunnen zich daar voor opgeven.

Schilderen met je kind begint 12 november weer. Hier is voor dit jaar geen opgave meer mogelijk, ook dit zit vol.

Mijn atelier loopt dus vol.


Het liep helemaal anders. Ik werd ziek. Erg ziek.
Ik leerde dat wat ik deed geen lesgeven was.
Ik kroop onder de huid van mijn cursisten en zij maakten hun schilderij via mij. Als ik 10 mensen op een ochtend in mijn atelier had, was ik aan het eind van de ochtend helemaal op.
Ik had dan aan 10 schilderijen gewerkt alsof het de mijne waren. Nu ik dit zo zwart op wit heb staan zie ik de kolder daarvan wel in.

Ik raakte alles kwijt. Mijn atelier en dus alle cursisten, maar wat erger was ik raakte mezelf even helemaal kwijt.

Achteraf is dat een prachtige crisis geweest.

The positive thing about having a total meltdown
is the opportunity of starting over again.
Like a white canvas waiting to be painted

Ik begon opnieuw. Niet meer met 40 cursisten. Ik had besloten dat ik dat niet goed had aangepakt en ik wist geen betere manier dan hoe ik het gedaan had.

Mijn eerste workshop kwam in mijn schoot gevallen.
Een teambuilding workshop in samenwerking met een psycholoog voor een team dat vastgelopen was. Ik deed mijn ding met verf en A observeerde, analyseerde en rapporteerde.
Het werd een succes.
Het was weer het verzet van mensen waar ik op stuk dreigde te lopen en ik besloot alleen nog workshops te geven voor de “fun”

2009
Ik ben nu bijna 7 jaar verder.
Door mijn eigen opleiding aan de klassieke academie ben ik technisch beter geworden. Ik heb gezien en ervaren dat verzet iets is waar je mee kunt werken, dat mijn verzet tegen het verzet het enige verzet is waar ik last van had.
Als ik nu nog een keer verzet typ is het een woord geworden waar je bijna om kunt lachen.

Verzet.

woensdag 2 december 2009

Olifantastisch

Olifant aan de Oliemuldersweg

Het zou een leuk overzichtelijk projektje worden.
Dagje Afrika thema op de Siebe Jan Bouma school. Met een paar collega’s
“even” weer eens iets leuks doen. Een olifant bouwen. Zomaar!
Om een kop en staart aan het project te geven en verzekerd te zijn van deelname van alle leerlingen bedacht ik een kleurwedstrijd.
Ik maakte een promotietournee langs alle klassen, met een kleurplaat van een olifant en daagde de kinderen uit zich helemaal te laten gaan. Grijs werd een verboden kleur.
Het dier zou levensgroot met papier-maché nagebouwd worden in de kleuren van de winnaar.

Creatieveling Wout de Moor -beter bekend als onze weddingplanner en supercateraar- bedacht het GIPSDING. Mijn papier-maché-idee was spontaan van de baan.





Deze foto laat zien hoe winnares Mila Olifantastisch kleurde.


Op een maandagmiddag tekende ik en bouwde Wout het frame. Ik heb nog nooit iemand zo gemakkelijk zien scheppen. Ik was acuut gegrepen door een gevoel van bewondering en afgunst. Ik zag de logica achter het begrijpen en direct reageren op materiaal. Wout ziet, begrijpt en doet. Bij de meeste mensen houdt zoiets op bij een idee.
Om 18.00 uur hadden we een houten frame waar een blinde een olifant in zou herkennen.



Wout en Marian Tappel mijn partner in het NOOITMEERMAANDAG-project (de leukste schilderworkshops in Groningen) op de foto


s, Avonds weefden Dick, Marian, Wout en ik kippengaas om het bouwsel.
Rond tien uur stond het dier in de toegang de weg te blokkeren, klaar voor zijn gipsen huid.

Helaas was ikzelf niet aanwezig toen het dier de volgende dag ontdekt werd door de leerlingen en docenten. Op de berichten en reacties maakte ik uit dat dit een hilarische happening was. Ach ik mis vaker feestjes lately.
Op de Afrikaanse feestdag regende het pijpenstelen.
Je kent dat wel er is een feestje en alle ingrediënten voor een onsterfelijke mislukking staan op het voorhoofd geschreven van iedereen die je tegen bent gekomen sinds je opstond.
In de stromende regen hebben we = Miranda, Maaike, Wout, Martine Smit een betrokken ouder (ja ze bestaan nog) en ik de kinderen in groepjes stroken stof in het gips laten dopen en om het gaas laten wikkelen. En ..er werd een olifant geboren.



De zon brak door op het hoogtepunt van de dag toen….met de kinderen een drumvoorstelling gaf. Het gips droogde wondermooi op en wij stonden met de bouwers lekker uit te harden. Er was Afrikaans eten en het was echt een feestje. Er zou een week later in groepjes geverfd worden en dat was dan dat!
Dacht ik…..
Echter
Iedereen vond het dier dusdanig geslaagd dat er een verzoek kwam om het bouwsel wat weerbestendiger te maken. Ook vond ik het beest dagelijks beschadigd terug, vernield door de wijkjeugd die s’avonds over de hekken klom, en er plezier in hadden de olifant te vernielen. Telkens weer, tot ik er eerst helemaal moedeloos van werd en door een nieuw dalletje moest voor ik daarna de geest kreeg. Wout bedacht een nieuwe laag, een experimentele mix waardoor het dier harder zou worden.



Op de foto hierboven ben ik extra lagen aan het opbrengen

In 20 workshops verdeeld over de week daarna werd de kleurlaag aangebracht.





Ik mocht de kont doen :-)



En zo kwam dat er uit te zien. Klaar!
Zou je denken…

Inmiddels was niet alleen ik, maar de hele school en een stukje wijk een beetje verliefd geworden op olifantastisch. Helaas bleek een ander stukje wijk er plezier aan te houden het beest stuk te maken. Er waren dagen dat ik het plein opliep en amper durfde te kijken of het allemaal nog heel was. Ik heb erg veel reparaties moeten verrichten.
In samenspraak met de directie werd besloten dat er een polyester laag op het dier zou komen.

We hebben het over het begin van de herfst als Wout en ik manmoedig aan de klus beginnen.
Een zo goed als onbegonnen klus, erg leerzaam ook. Al doende merken we dat voor een polyesterlaag een gladde ondergrond is vereist. En het dier is alles behalve egaal van structuur. Het effect is droevig, de kleuren worden vaal op de plekken waar de polyester laag niet goed aansluit, en dat is op heel veel plekken. We hebben de injectiespuitmethode(hars in alle luchtblaren spuiten) overwogen, maar dan zijn we ongeveer een jaar bezig haha.
Het is een flinke stoeipartij met de factor tijd, want mijn opleiding aan de klassieke academie is hervat, we moeten allemaal weer gewoon aan het werk en de mooie dagen worden kouder en natter.
Het grootste meest kwetsbare deel is nu van een flinke bescherming voorzien. De tijd is op en het geld is op.

Het plan van nu is de werkzaamheden in het voorjaar te hervatten. De polyester laag moet afgemaakt aan de onderkant en het ziet er naar uit dat het dier opnieuw beschilderd moet worden. Heel af en toe vraag ik me af waar ik aan ben begonnen. Ik lig er niet meer wakker van, maar als ik wakker lig denk ik er wel aan. En soms droom ik erover.
Olifantastisch is in mijn systeem gaan zitten.



Ik wijd een onderdeel van mijn studie aan de academie aan dit wonderlijke dier.
En verder……

Ik heb een boel dromen nagejaagd en waargemaakt, waaronder een paar interessante projecten, meestal in samenwerking met scholen en groepen kinderen. Als de droom gedroomd was en ik wakker werd was het klaar. Dit moet ook klaar. Voor iedereen die meewerkte. Voor Mila en al die andere kinderen die tot hun ellebogen in de gips hingen, voor Wout die hier ook wakker van ligt, voor iedereen die betrokken is, en voor mijn gemoedsrust, want het is bovenal mijn ding om af te maken waar ik aan begon.

woensdag 25 november 2009

Sinds kort twitter ik.
Ja dat leest u goed.
Schaamvol moet ik alles terugnemen wat ik ooit over twitter heb geroepen.
Dat twitter voor mensen met een te groot ego is, dat twitter voor loosers is, waar verder niemand anders nog naar luistert. En vooral dat je jezelf wel heel belangrijk moet vinden om te denken dat de hele wereld zit te wachten op een berichtje over jouw dingessen.
Ik moest wel even weer wat valse bescheidenheid van mij af schudden, want natuurlijk ben ik belangrijk, niet voor de hele wereld, maar wel in mijn “zijn”
Ik ben een groep mensen gaan volgen omdat ze leuke tweets = berichtjes op twitter zetten, of hele leuke opmerkingen maken, of interessante stukken schrijven en linkjes naar mooie filmpjes sturen. En geloof het of niet..mijn wereld is groter geworden.
Heel af en toe krimpt die wereld dan ook weer een beetje. Ik ontdekte dat er niet altijd even eerlijk getwitterd wordt. Vooral op de dagen dat het mij minder goed gaat lijkt het of mijn hele netwerk bestaat uit mensen die niets anders meemaken dan achtervolgd worden door succes!!! Dat hebben ze natuurlijk aan hun stralende zelfbewustzijn en voortvarende energie te danken en o niet te vergeten hun tweetgedrag, dat zo ongeveer neerkomt op 60 tweets per dag die een herhaling zijn van de boodschap kijk mijn ding kijk mijn ding, vergezeld gaande van een linkje naar dat ding. Zo hoor je te twitteren. Heel blij hoor je de wapenfeiten van de hoogste tak te tweeten, als een lichtgevend vogeltje, of ze nu waar zijn of niet. Getwieter, zeg maar. Slecht voelen mag niet, das negatief. Ik kreeg gelijk allerlei tips toen ik op een ochtend een mopper de ether in twoeide. Van belangrijke meneren in “pak en straf op de avatar”(dat zijn de kleine foto’tjes naast onze schrijfseltjes) leerde ik dat het not done was om over onbenulligheden te tweeten, over koffie met koek en kapotte wasmachines en vooral niet te persoonlijk. Getwater en getweuter. Zakelijk mag blijkbaar nog steeds niet menselijk anno 2009.
De meest onpersoonlijke twitteraars heb ik er maar afgefwitterd. Weg met de niet-menselijke ruis.
Het paadje naar succes begint dus bij de reclame boodschap, nu meer dan ooit binnen handbereik in ons eigen media-notebook-ifone-parkje.
Zo makkelijk is die bescheidenheid van mij echter niet af te schudden. Misschien is ze toch niet helemaal vals dan? Ik heb er grote moeite mee om mezelf steeds te herhalen en te vervallen in het kijkmijkijkmijkijkmij gedrag, wat zo kenmerkend is voor velen in het netwerk dat ik volg.
Dat moet ik toch eens onderzoeken.
Ondertussen twitter ik gewoon door hoor, over wat ik denk en doe en vind, ook al is dat soms niet vrolijk of succesvol.

dinsdag 17 november 2009

Herinneringen 3

Constructies

Woest kan ik worden van dat inzicht dat zo pal voor mijn neus bengelt voor mij net ongrijpbaar. De construktie van een kruisgewelf.
Het ei, de appels, het gloeilampje, de maiskolf, de flessen, allemaal redelijk gelukt tot goede studies. Maar het kruisgewelf. Een raadsel is het voor mij. Zo raadselachtig dat ik er niet eens aan durf te beginnen. Dat houd ik nu al 2 weken vol.
En dat gaat bijna vanzelf want er stond nog meer op mijn lijstje. Na de laatste termijnbetaling van de academie kwam ik paars te staan. Meestal is er altijd wel een klus op handen, maar geleidelijk aan wordt de prioriteit steeds meer naar studie geschoven. Onverkoopbaar. Subtiel werd ik laatst eens een keertje herinnerd aan de duur van de opleiding en dat het dus voorlopig nog 3 jaar duurt voor ik weer fulltime kan werken. De opleiding wordt intensiever in de opvolgende jaren, blijkt bij navraag aan derdejaars studenten, en ik zie de ambulance zachtjes zijn zwaailichten aanzwengelen ergens achter in mijn hoofd. Is er echt een moment geweest dat ik geloofde dat dit een goede combinatie was?

Ik besluit om de teambuilding workshops in mijn atelier weer opnieuw te starten. Als ik 1 workshop per maand geef dan kan ik aan het eind van dit seizoen mijn nieuwe studie jaar betalen. Ik heb alles nog in huis, 30 ezels, genoeg verf, de draaiboeken van voorgaande jaren, genoeg keus en genoeg ongebruikte ideeen. De workshopsite word aangepast, alles word aangepast en oeh wat staat dat leuk op mijn visitekaartje “het Gerrit van Houten huis”. De workshops lopen weer en het is telkens weer bijzonder. Heel verschillende bezoekers. Omdat ik nu maar een workshop in de maand plan blijft het ook leuk, en heb ik minder stress en meer tijd voor mijn studie de komende maanden, en misschien iets meer tijd om weer eens te schilderen.

Waarom kan ik een dergelijke construktie wel aan?
En die tegelvloer lukte toch ook? Zelfs in overhoeksperspectief ik had nog nooit van dat woord gehoord! Pilaren….cilinders, dat voelde ik nog wel landen, maar dat gewelf….
Nee, dan de proporties die dit heeft aangenomen

Woensdagochtend heb ik mijn eerste werkbespreking met de docenten. Dwangmatig ben ik mijn schetsen aan het checken, die tekening er bij nee die juist niet….of wel….of


Zaterdag speelt de leukste band van Groningen een thuiswedstrijd. Dan trek ik mijn hoge hakken aan en ga dansen. En dan wordt het kerst.

zondag 15 november 2009

Herinneringen 2

Brugpiepers

Daar gaat ze. Ze heeft mascara op haar wimpers, rouge op haar wangen en een lipgloss op haar lippen. Haar haren punk met een blonde lok.
Haar ranke elfenlijfje heeft ze in Gothic gehuld. Haar fiets is gepimpt volgens de laatste trend, met paarse bloemetjes aan het stuur. Ze kreunt theatraal onder het gewicht van haar enorme boekentas.
s’Morgens wordt ze opgehaald door haar vriendin en samen fietsen ze -o griebels- naar het centrum van de stad.
Ze gaat voor het eerst naar de havo, de brugklas.
12 Jaar en ineens is dat kind veranderd in iets waar ik nog niet helemaal klaar voor was.
Ik weet wel dat ik heb rondgebazuind dat ik dit wel aan kon, ha loslaten is immers mijn dinges van het moment. Nou, dat heb ik allemaal gelogen. Bezorgd hoor ik de verhalen over de jongens en hun bravoure aan. Het klamme zweet breekt mij uit bij de gedachte aan het introductiekamp volgende week. De eerste engelse les, de eerste wiskundeles, het gegiechel over de biologieboeken waar een blote man in staat, met piemel ja! De euforie over de eerste dramaklas. Het eindeloos kaften.
Hadden wij vroeger ook zo veel boeken? Daar…. ik zei het; “VROEGER”!
Morgenvroeg wil ze om halfzeven opstaan, want we krijgen het grote eyeliner-experiment, of ik weet hoe dat moet???? Duizendmaal vertellen dat ze van zich zelf al zulke mooie ogen heeft en dat alles wat daarbij komt alleen maar kan tegenvallen komt niet over. Misschien kan ik haar maar beter leren hoe dat moet.

De wolken waren roze vanavond.

donderdag 12 november 2009

Herinneringen 1

Herinnering aan zondag 3 februari 2008

Klapstoeltjes.

“Een discussie??? Oooh cool, dat is als mensen ruzie maken heh?”
Het enthousiasme van mijn dochter zet mij onmiddellijk aan tot actie. Hoe brak ik ook ben na het bandabandafeestje afgelopen nacht, we gaan. De omstandigheden werken ook zo prettig mee, mijn zoon is opgehaald door vriend H om mee te gaan zwemmen en dochterlief vergeet even te puberen vandaag.
Zo komt het dat we met zijn tweetjes in onze moeder en dochter vermomming rond de klok van 3 de trap af tuimelen van galerie Doornik & Schelfhout (ja, familie van)
“Eric Bos zal een lezing houden over de exposanten Diederik Kraaijpoel en Annet Hiltermann en hun positie in de Noordelijke figuratie,” staat in de aankondiging…mmmm geen discussie dus, mijn dochter is ietwat teleurgesteld.
De expositie “Gezien vanaf het klapstoeltje” maakt het ook niet echt goed voor haar, “saai” is haar meedogenloze conclusie, nadat we drie x rond zijn geweest. Ik op mijn beurt krijg er niet genoeg van. Gelukkig lopen er wat bekende collega-kunstenaars rond waar ze toch nog haar discussie mee heeft haha, “brutaal ding” denk ik, wanneer ze onomwonden haar mening uit, ook niet bescheiden zachtjes, niks hoor, luid genoeg voor iedereen. Nou ja, ze heeft ten minste een mening.
We planten ons strategisch onder op de trap wanneer de inleiding begint, met de ingang pal boven ons hoofd Een perfecte vluchtroute voor wanneer ze het echt op haar heupen krijgt. Na nog geen minuut begint ze nadrukkelijk te zuchten. Ik sla mijn arm liefdevol om haar heen en neem haar in een waarschuwende houdgreep. Ik kriebel haar in haar nek, dat werkt al vanaf dat ze baby was, ik hoop dat ze zo een half uur koest blijft. En dat doet ze.
Met de muziek van vannacht nog in mijn systeem dwaal ik tijdens de vragen en commentaren door de fantastische landschappen van Diederik Kraaijpoel die pal voor onze neus hangen. Ik smul van de laconieke reacties van deze man op de vragen als wat hij nou eigenlijk vindt van de titel “noordelijke realisten”. Hij vindt het allemaal maar een beetje onzin, gewoon kunstenaars die realistisch schilderen en in het noorden wonen en werken. Hij vertelt hoe hij zijn wereld afstruint op zoek naar onbedorven aarde, ruige pure rotspartijen. Hij vertelt hoe zijn wereld kleiner wordt naarmate hij ouder wordt en de beschaving steeds verder oprukt, en hoe hij in zijn landschappen zit en vastlegt wat hij ziet en ervaart. Even vergeet ik de beslommeringen van alledag, ben ik in de wereld van simpelweg vast willen leggen van schoonheid. Heel even vergeet ik zelfs waar ik ben en die opstandige duivel naast mij…en dan zakt er een meneer tegenover ons door zijn stoel. Klapstoeltjes hahahahaha. Nou ja de concentratie is weg, mijn dochter en ik schieten in een lachstuip die de rest van de middag blijft toeslaan. Soit. Ik ga later nog wel een keertje rustig kijken, alleen of met iemand die dit wel weet te waarderen.